Hoe ga je effectief om met weerstand tegen verandering?
Hoe kun je adequaat omgaan met weerstand tegen verandering? Verandering in dit kader is het proces vanaf het moment waarop het voornemen tot verandering wordt geventileerd tot en met de implementatie daarvan. In deze tekst krijg je antwoord op de volgende vragen:
- Wat zijn ineffectieve en effectieve uitingsvormen van weerstand?
- Hoe ga je adequaat om met weerstand tegen verandering bij jezelf?
- Hoe ga je adequaat om met weerstand tegen verandering bij anderen?
1a. Wat zijn ineffectieve uitingsvormen van weerstand?
- Je ziet de noodzaak tot verandering niet in en denkt: ‘Het gaat toch goed zo?’ of ‘Ik doe het toch goed zo?’. Je gooit de kont tegen de krib en duwt de verandering van je af.
- Je houdt je mond maar gaat gebukt onder stress, onvrede, irritaties en hebt negatieve gedachten over de verandering. Je begrijpt het niet. Je ziet alleen de nadelen. Je denkt dat je te weinig informatie krijgt of dat je te weinig of niet tijdig bij de verandering bent betrokken.
- Je zoekt bevestiging bij anderen voor je eigen standpunt om je breder te maken of een ‘machtsblok’ te vormen tegen de initiators. Je gebruikt lotgenoten of gelijkgezinden om je in te dekken en in te graven in de eigen positie.
- Je uit weerstand met een verborgen agenda. Je zegt tegen de initiator dat je opziet tegen de implementatie, maar eigenlijk zie je degene waarmee je moet samenwerken niet zitten.
- Je hebt ‘deuken’ opgelopen in het verleden. Je hebt daar angst voor en voelt je onzeker over de toekomst, je voelt je slachtoffer van je omgeving. Je projecteert persoonlijke gedachten en belevingen van toen op de situatie van nu. Je toont vechtgedrag naar de initiator en het uit zich in (non)verbaal gemor. Het wordt steeds sterker en groeit uit tot ironie, sarcasme, cynisme, agressie.
- Je toont je onverschillig over de verandering; het laat je koud. Je denkt: ‘De soep zal wel niet zo heet worden gegeten als hij wordt opgediend’. Je hebt al diverse veranderingen meegemaakt en denkt: ‘Ik zal het wel zien als het zover is’ of ‘Het zal mijn tijd wel duren’. Je stelt je afhankelijk en passief op en wacht op verdere informatie en ondersteuning. Je toont vluchtgedrag in de vorm van zwijgen, afdwalen van het thema, selectief luisteren, dubbelzinnige opmerkingen, wegblijven of boycotten (voorbeelden: de regels niet toepassen, fouten maken, langzamer werken of onwetendheid suggereren).
- Je oordeelt en klaagt over de initiator.
1b. Wat zijn effectieve uitingsvormen van weerstand?
- Je ventileert je verschil van mening over de inhoud of vorm van de verandering met het doel om samen verder te gaan.
- Je vindt dat de verandering voorbijgaat aan relevante belangen, invalshoeken of afspraken. Je trekt direct aan de bel bij de juiste persoon en geeft jouw visie op de verandering op een opbouwende wijze.
- Je wìlt wel veranderen, maar niet veranderd wòrden. Je hebt weerstand omdat de verandering wordt opgedrongen zonder enige vooraankondiging of betrokkenheid. (‘Je kunt een dorstig paard wel de weg wijzen naar het water, maar het niet laten drinken’). Je geeft feedback zodat men ervan kan leren.
- Je hebt onvoldoende, onoverzichtelijke of inconsistente informatie van de initiator ontvangen over de verandering waarmee je te maken krijgt. Of je bent, ondanks voldoende informatie, niet in staat verstandelijk de verandering te begrijpen en de gevolgen daarvan te overzien. Je gaat op zoek naar antwoorden, stelt vragen en vraagt door totdat de verandering voor jou helder en/of begrijpelijk is.
- Je bent in principe tegen de verandering omdat je bijvoorbeeld bepaalde voordelen of verworven rechten verliest. Je kiest ervoor om een andere weg in te slaan waarbij je je lekkerder voelt.
- Je voelt je te zwaar belast door de vele veranderingen die tegelijk worden doorgevoerd. Je neemt afstand om overzicht te krijgen over het proces en onderzoekt hoe je daar anders mee kunt omgaan of dat je het moet accepteren zoals het is.
- Je bent niet in staat om je emoties te uiten en je persoonlijke belangen doeltreffend te behartigen. Je vraagt anderen met je mee te denken op welke manier je je belangen goed naar voren kunt brengen. Je vraagt tijd, lucht, ruimte of andere ondersteuning die je nodig hebt.
Het uiten van effectieve weerstand tegen verandering is essentieel. Het kan waardevolle informatie opleveren over het eigen beeld van de inhoud en vorm van de verandering. Weerstand biedt kansen en leermogelijkheden die de initiator kan benutten. Door het uiten van deze weerstand kun je positief invloed uitoefenen op je veranderende omgeving. Je oogst respect door je assertieve, betrokken en zelfbewuste optreden. Je toont dat je in staat bent eigen verantwoordelijkheid en initiatieven te nemen.
Hierna zie je de stappen die je kunt zetten voor het adequaat omgaan met eigen weerstand tegen verandering:
2. Hoe ga je om met weerstand tegen verandering bij jezelf?
Het hebben van weerstand tegen verandering is menselijk. Om in je kracht te blijven is het van belang om mede zelf sturing te geven aan de verandering. Je kunt de volgende stappen nemen om adequaat te (leren) omgaan met eigen weerstand.
Bewustwording
- Weet wat weerstand is en hoe die zich kan openbaren in jezelf en in je gedrag. Herken eigen weerstand, neem deze serieus en besef dat je hier iets mee kunt en moet doen.
- Besef dat de verandering niet voor niets op je pad komt. Leer ervan en vertrouw op een goede afloop.
Reflectie
- Neem de tijd om je weerstand te overdenken en noteer eventueel de kernpunten op papier. Onderzoek de mogelijke oorzaak van je weerstand en waarop deze precies is gericht.
- Geef aan of het jou gaat om een vraag om informatie, twijfel, om een bezwaar of een schijnbaar onoverkomelijke drempel.
Verantwoordelijkheid nemen
- Ga bij jezelf na hoe je de weerstand effectief kunt maken.
- Onderzoek welke spiegel je wordt voorgehouden zodat je bijvoorbeeld eigen schaduwdelen kunt accepteren of onverwerkte emoties kunt loslaten.
Handeling
- Maak je weerstand tijdig bespreekbaar bij de juiste persoon. Stel open vragen, vraag door, vat samen en (her)formuleer je weerstand.
- Denk mee over en kom met alternatieven om een ‘win-win’ situatie te scheppen.
3. Hoe ga je om met weerstand tegen verandering bij anderen?
Wie adequaat wil leren omgaan met weerstand tegen verandering bij anderen moet beschikken over de volgende competenties:
Kennis
Voordat je vaardig kunt omgaan met weerstand tegen verandering bij anderen, moet je weten wat wordt verstaan onder het begrip ‘weerstand’, je moet het begrip kunnen plaatsen in het kader van veranderingsprocessen en je moet op de hoogte zijn van de diverse uitingsvormen van weerstand.
Daarnaast moet je kunnen omgaan met weerstand tegen verandering bij jezelf omdat weerstand bij jezelf ook weerstand bij anderen kan oproepen en vice versa. Door zelfbewust om te gaan met eigen weerstand bij verandering kun je het ontstaan van ‘dubbele’ weerstand voorkomen. In organisaties is er bijvoorbeeld sprake van ‘dubbele’ weerstand als managers weerstand hebben tegen de weerstand van hun medewerkers. Dit gebeurt bijvoorbeeld als de manager:
- de verandering uitstelt en vooruitschuift;
- de verandering doordrijft met een overdaad aan argumenten;
- de verandering in kleine stukjes presenteert om die geleidelijk door te drukken;
- de verandering als een voldongen feit brengt;
- kritische medewerkers bestempelt als ‘dwarsliggers’;
- geïrriteerd raakt door denkbeeldig onbegrip;
- bezwaren ontkent of negeert;
- verwijst naar ‘hogere machten’.
Houding
Het gedrag dat nodig is om adequaat om te gaan met weerstand tegen verandering gaat uit van een open, onderzoekende en luisterende houding. Kernwoorden hierbij zijn: inlevingsvermogen, betrokkenheid, geduld, respect, vertrouwen, mildheid, compassie en begrip. De volgende stappen zijn in dit proces van belang:
A. Draagvlak verbreden
- Beargumenteren: de ander duidelijk aangeven waarom de verandering nodig is (belang) en wat de verandering precies inhoudt (betekenis).
- Actief luisteren: tijd, ruimte en gelegenheid geven aan de ander om zijn weerstand te ventileren; vragen stellen/doorvragen en samenvatten zodat de ander zich serieus genomen en begrepen voelt.
- Informeren: de ander waar mogelijk voorzien van de juiste, actuele en functionele informatie. Bijvoorbeeld over de procedure of het plan van aanpak van de verandering.
B. Medeverantwoordelijkheid vergroten
- Onderzoeken: vragen stellen over de weerstand van de ander en de informatie toetsen op juistheid, effectiviteit en bruikbaarheid.
- Overleggen: brainstormen over en bespreken van mogelijke voorstellen (met voor- en nadelen) en gezamenlijk zoeken naar creatieve oplossingen. De ander de gelegenheid geven om invloed uit te oefenen op de geplande verandering.
C. Onomkeerbaar maken
- Beslissen: concrete afspraken maken over de verandering en over de informatievoorziening (communicatieplan).
- Communiceren: langs diverse kanalen de ander functionele en ondersteunende informatie geven over de verandering.
- Grenzen aangeven tussen oude en nieuwe situatie: de ander ondersteunen bij het afscheid van het verleden, op een (in)formele (ludieke, symbolische) wijze. De ander gelegenheid geven om het verleden te verwerken en los te laten.
D. Omschakelen en gewennen
- Mobiliseren: ondersteunen van de ander bij het vertalen van de verandering in ‘SMART’-gemaakte doelen en acties. Organiseren van het gericht begeleiden, trainen of opleiden van de ander.
- Bekrachtigen: volgen en evalueren van afspraken en gestelde doelen. Waarderen van en delen in (met name de eerste kleine en snelle) successen die zijn geboekt tijdens en na het veranderingsproces en leren van fouten.
Laatste berichten van Mariska Jak (toon alles)
- De schaduw van spijt en de weg terug naar liefde - 26 april 2025
- Hoe behoud ik de verbinding met de Bron in het dagelijks leven? - 30 maart 2025
- Mini-meditatie: Reis naar het hiernamaals en wijsheid van je ziel (duur audio: 9 minuten) - 29 maart 2025